Geluk is een grote mate van tevredenheid over het leven zoals dat op je af komt. Geluk is ook beseffen dat je er mag zijn in moeilijke tijden. En geluk is voorleven dat je het spoor kunt vasthouden als de roze wolk je niet meer draagt. 

Bijna twintig jaar geleden worden deze woorden tegen me gesproken. Ik heb die toen neergeschreven en altijd bewaard. Ze zijn afkomstig van Maria Magdalena van Bussel, priorin van de Norbertinessen in Oosterhout. Dat spoor van deze bevlogen religieuze gaat altijd naar Christus en blijft vertrouwen in de Heer. Ook in deze coronatijden.

Naast priorin is ze ook ondernemer. Zo ziet ze er ook uit, als een gedistingeerde vrouw.

Ze leeft nu wat ze zolang geleden heeft gezegd tegen mij. En ze doet dat in de moeilijkste omstandigheden, want haar wijngaard levert 26.000 flessen op die niet verkocht kunnen worden. De KLM had er 20.000 besteld voor de klanten in de Businessclass, maar zegde deze opdracht af midden in de crisis van corona. En wat doet dan een priorin die het spoor vasthoudt? Ze sluit zich niet op in haar wereld, gaat niet ten onder in zelfmedelijden maar doet de ramen van het klooster open en wordt gevonden door twee zakenlieden uit Breda die ondernemers helpen.

Want deze Maria Magdalena is naast priorin ook ondernemer. Zo ziet ze er ook uit, als een gedistingeerde vrouw. Dat is haar handelsmerk, ze weet wat ze wil. Die twee zakenlieden brengen de nood van deze priorin onder de aandacht van Nederland en krijgen het onmogelijke voor elkaar: de 26.000 onverkoopbare flessen zijn binnen 24 uur weg. De zusters hebben niets meer over en wachten nu op de nieuwe oogst.

Binnenkort gaan ze de druiven plukken, in een feestelijke stemming. Op een woensdag in de nazomer ga ik zelf kijken naar dit wonder. Het loopt nog steeds storm in de winkel, drie groepen krijgen een rondleiding door de wijngaard en zuster Maria Magdalena komt lachend naar buiten. Ooit heeft ze gekozen voor deze kloosternaam omdat Maria Magdalena als eerste het lege graf zag en daarna getuigde van leven door de dood heen. Dat doet de priorin nu ook: als alles donker is wint het leven het toch.
Ze heet terecht Maria Magdalena. En ze weet daarom zeker: de heilige Geest is over de zusters uitgestort.