De Congregatie voor de Katholieke Vorming brengt de zorg van de Heilige Stoel in praktijk voor de opleiding van hen die geroepen zijn tot het priesterschap en voor de bevordering en organisatie van de katholieke opvoeding.

Seminaries
De Congregatie ondersteunt het roepingenpastoraat van de diocesane bisschoppen. Ook stimuleert zij de oprichting van seminaries. De Congregatie ziet erop toe dat de leefwijze en het bestuur van de bestaande seminaries volledig in overeenstemming zijn met het door het kerkelijk recht voorgeschreven programma van de priesterlijke vorming. Ook houdt ze toezicht op de rectoren en docenten, dat zij door het voorbeeld van hun leven en een gezonde leer, al het mogelijke bijdragen tot de vorming van de persoonlijkheid van priesters. De Congregatie is tevens verantwoordelijk voor de oprichting van interdiocesane seminaries en de goedkeuring van hun statuten.

Katholieke opvoeding
De Congregatie doet alles om ervoor te zorgen dat de fundamentele principes van de katholieke opvoeding steeds intensiever worden onderzocht en verdedigd, en bekend zijn bij het Volk Gods.

Katholieke scholen
De Congregatie bepaalt de normen voor het bestuur van katholieke scholen. Ze staat ten dienste van de diocesane bisschoppen opdat katholieke scholen worden opgericht en met de uiterste zorg in stand worden gehouden. Ook reikt ze de bisschoppen middelen aan om te bewerkstelligen dat in iedere school passende maatregelen worden genomen om de christelijke leerlingen catechese en pastorale zorg te bieden.

Hoger onderwijs
De Congregatie streeft ernaar dat er binnen de Kerk een voldoende aantal kerkelijke en katholieke universiteiten zijn. Ook heeft ze zorg voor katholieke onderwijsinstellingen waar de gewijde disciplines diepgaand kunnen worden bestudeerd of waar de geesteswetenschappen en de natuurwetenschappen worden bevorderd, zodat de christengelovigen op gepaste wijze kunnen worden opgeleid om hun eigen taken te vervullen.

Toezicht op kerkelijke universiteiten
De Congregatie richt kerkelijke universiteiten en instellingen op, of keurt die goed, bekrachtigt hun statuten, oefent het hoogste toezicht erover uit en garandeert dat de integriteit van het katholieke geloof wordt bewaard bij de overdracht van de leer.