De Emmaüsgangers is de naam die in de christelijke traditie is gegeven aan twee van Jezus’ discipelen. Volgens het Lucas-evangelie waren zij op de derde dag na Jezus’ dood op weg van Jeruzalem naar het dorp Emmaüs. Onderweg voegde de verrezen Jezus zich bij hen. De leerlingen herkenden Hem pas toen hij in Emmaüs brood brak en het hun te eten gaf. 

Het verhaal van de Emmaüsgangers komt alleen voor in het Lucas-evangelie (hoofdstuk 24, vers 13-36). Het behoort tot de zogeheten Verschijningsverhalen. Het speelt zich af op de derde dag na de dood van Jezus. In de ochtend van deze dag na de sabbat hadden vrouwen ontdekt dat het graf van Jezus leeg was. In het Lucas-evangelie staat dat er engelen aan deze vrouwen waren verschenen die zeiden dat Hij verrezen was. De vrouwen meldden dit aan de elf apostelen, maar die deden het af als onzin.

Kleopas
Naast de twaalf apostelen had Jezus ook tientallen andere discipelen. Volgens de overlevering waren er dat 70. Een van hen was Kleopas (Grieks: Κλεοπας; Latijn: Cleophas). Samen met een andere discipel was hij op die eerste dag van de joodse week op weg naar een dorp, genaamd Emmaüs (Grieks: Εμμαους, Emmaous); een ander handschrift zegt: ‘genaamd Oulammaous’. Volgens een oosterse overleving was de anonieme discipel niemand minder dan Lucas de Evangelist

Dorp
Emmaüs lag op “zestig stadiën van Jeruzalem” (Lc. 24,13). Waar het dorp precies gelegen heeft, blijft onzeker. Sommige Bijbelgeleerden menen dat het antieke Emmaüs het Arabische dorp Imwas (Amwas) was, dat in 1967 door Israëlische militairen werd verwoest; het lag ongeveer 30 kilometer ten westen van Jeruzalem.

Verhaallijn
Het verhaal van de Emmaüsgangers verloopt als volgt:

  1. op weg naar Emmaüs;
  2. gesprek over de veroordeling, kruisiging en verschijning van Jezus;
  3. Jezus voegt zich bij hen; zij herkennen Hem niet;
  4. Jezus vraagt waarover zij praten;
  5. Kleopas is verbaasd dat de vreemdeling niet weet wat er zich in Jeruzalem heeft afgespeeld;
  6. de leerlingen vertellen over de “machtige profeet” Jezus uit Nazareth en wat er na diens dood gebeurd is;
  7. Jezus verwijt de twee domheid en ongeloof;
  8. Jezus legt de messiaanse profetieën uit;
  9. als ze Emmaüs naderen doet Jezus alsof hij verder wil reizen;
  10. de leerlingen dringen erop aan dat de vreemdeling bij hen blijft;
  11. aankomst in Emmaüs;
  12. avondmaaltijd: “Toen Hij met hen aan tafel aanlag, nam Hij het brood, sprak het zegengebed uit, brak het en gaf het hun” (dit is een voorname bron van de kerkelijke leer over de eucharistie);
  13. de twee leerlingen herkennen Hem nu;
  14. Jezus wordt onttrokken aan hun blik; daarop zeiden de leerlingen tegen elkaar: ‘Was het niet hartverwarmend zoals Hij onderweg met ons sprak en de Schriften voor ons opende?’
  15. de leerlingen keren onmiddellijk naar Jeruzalem terug;
  16. de leerlingen voegen zich bij de elf apostelen en de andere discipelen; die zeggen hun dat Jezus uit de doden is opgewekt en verschenen is aan Simon Petrus;
  17. de Emmaüsgangers vertellen de apostelen wat ze hebben meegemaakt;
  18. tijdens hun relaas verschijnt Jezus aan hen allen en zegt: ‘Vrede zij met jullie’.

Zondagsmis
In de katholieke liturgie volgens de gewone vorm van de Romeinse Ritus wordt het Emmaüsverhaal gelezen op de Derde Zondag van Pasen van het A-jaar.

Schilderkunst
Het verhaal van de Emmaüsgangers, zowel de tocht naar Emmaüs als de avondmaaltijd, is op Byzantijnse iconen vaak afgebeeld. Ook in de westerse schilderkunst zijn beide scenes een geliefd thema. De schilderijen van Caravaggio, Rembrandt en Velásquez zijn het bekendst. Beroemd is ook het schilderij van meestervervalser Han van Meegeren; om kunstcritici in een val te lokken deed hij het voorkomen alsof het een Vermeer was.