De Edomiet Herodes I was door de Senaat van Rome uitgeroepen tot Koning der Joden. Hij heerste als vazalkoning over Palestina van 37 tot 4 v. Chr. Hij gaf opdracht om de Tempel van Jeruzalem geheel te vernieuwen. Volgens het Matteüs-evangelie maakte hij jacht op het Kerstkind en was daarbij verantwoordelijk voor de Kindermoord van Bethlehem.

Ouders
Herodes, geboren omstreeks 73 v. Chr, was de tweede zoon van Antipater, die van 47 tot 43 v. Chr. namens de Romeinen procurator van Judea was. Herodes' moeder was Cypros, afkomstig uit een Nabatese aristocratische familie. 

Edomiet
Antipater was een Idumeeër. Idumea (Edom) was in 125. v. Chr. door de Hasmonese vorst Johannes Hyrkanus veroverd. De Idumeeërs werden gedwongen zich te laten besnijden en de joodse religie te aanvaarden.

Hasmoneeën
Antipater vertrouwde het gouvernement van de Palestijnse streek Galilea toe aan zijn zoon Herodes. Na de moord op Antipater in 43 v. Chr. werden Herodes en zijn broer Phasaël (Faselus) benoemd tot gouverneurs van Palestina. Daarop werden beiden aangevallen door Antigonus. Deze laatste Hasmonese vorst werd bij deze machtsgreep gesteund door de Parthen. Phasaël pleegde zelfmoord, nadat hij in Jeruzalem gevangen was genomen.

Koning
Herodes, die naar Rome was gevlucht, werd daar door de Senaat benoemd tot koning der Joden. De Romeinen maakte in 37 v. Chr. een eind aan het bewind van Antigonus. Herodes werd in Jeruzalem geïnaugureerd als koning van Judea. Andere Joodse gebieden, zoals Samaria, Galilea en Iturea, werden bij zijn rijk ingelijfd.

Sebaste
In Samaria, de hoofdstad van het verdwenen Tienstammenrijk, liet Herodes de oude tempel herbouwen en maakte van de stad een sterkere vesting. Om keizer Augustus (Sebastos in het Grieks) te eren, veranderde hij naam van Samaria in Sebaste. Er verscheen een tempel die aan Augustus werd gewijd, een forum en een tempel.

Caesarea
Herodus maakte van een Samaritaans kuststadje, Toren van Strato geheten, de hoofdstad van zijn koninkrijk. Hij noemde het Caesarea, wederom om de Romeinse keizer gunstig te stemmen. Hij liet er een grote golfbreker en een omvangrijke haven aanleggen, waardoor Caesarea een van de voornaamste havensteden van de Middellandse Zee werd.

Massada en Herodium
Bij de Dode Zee liet Herodus op een rots de burcht Massada bouwen. Deze zou onneembaar moeten zijn. Er verrezen twee paleizen, die als zomerresidentie moesten dienen. Een andere burcht bouwde hij op een heuveltop in de buurt van Bethlehem. Hij noemde die ommuurde vesting naar zichzelf: Herodium. Daar werd in 2007 door Israëlische archeologen het graf van Herodes ontdekt.

Jeruzalem
In Jeruzalem liet hij ten noordwesten van het tempelcomplex een bestaande burcht versterken. Hij noemde het bouwwerk Antonia, ter ere van zijn vriend, de Romeinse heerser en veldheer Marcus Antonius. In het westen van de stad bouwde hij een tweede burcht, die via een imposante muur met Antonia in verbinding stond. Verder bouwde hij een benedenpaleis in het centrum, een hippodroom, een stadion, een theater en thermen.

Tempel
Het grootste bouwproject was de vernieuwing van de Tempel in Jeruzalem. Daarmee hoopte hij zich geliefd te maken bij de Joden, maar de Edomiet en Romeinse vazal die Herodes was, had weinig respect voor de Tora. Zo liet hij boven de ingang van het bestaande tempelplein een beeld van de Romeinse adelaar ophangen. Dit was niet alleen een overtreding van het afbeeldingsverbod in de Tien Geboden, het was ook een erkenning van het gezag van de gehate Romeinen.

De Tempel was gebouwd door Salomo, maar door de eeuwen heen was hij geplunderd, verwoest, heropgebouwd en opnieuw in verval geraakt. Het was Herodes' ambitie om van het centrum van de JHWH-cultus een nieuw wereldwonder van te maken.

De bouw startte in 19 v. Chr met de aanleg van een plateau dat meer dan 140.000 vierkante meter besloeg. Pas na Herodes' dood in 4 v. Chr. werden de resultaten van het beoogde wereldwonder in hellenistische stijl zichtbaar. In het jaar 9 werd het hoofdgebouw, het eigenlijke heiligdom, voltooid. Het gehele complex kwam pas gereed in 64. Het enige wat er thans nog van rest is een gedeelte van de westelijke ommuring, beter bekend als de Klaagmuur.

Gehaat
Ondanks Herodes' prestigieuze projecten werd hij vanwege zijn wreedheid en zijn trouw aan Rome zeer gehaat. Hij was zich daarvan pijnlijk bewust. Bij het minste of geringste wantrouwen, liet hij mensen executeren. Zelfs familieleden hoefden niet op zijn genade te rekenen. Zo liet hij vijf dagen voor hij stierf zijn zoon en troonsopvolger Antipater II terechtstellen, omdat die hem uit de weg zou hebben willen ruimen.

Salomé
Herodes had tien vrouwen. Bij vijf van hen had hij kinderen die hij officieel erkende: Doris, Mariamne I, Mariamne II, Malthake en Cleopatra. Aan het hof leidde de verschillende etnische achtergronden van de vrouwen tot spanningen. Mariamne I en II waren Joods, Malthake was Samaritaans en Cleopatra mogelijk Edomitisch of Fenicisch. Het was Herodes' zuster Salomé I die de koning ervan overtuigde dat Mariamne I en hun beider zoons Alexander en Aristobulus tegen hem samenzwoeren. Herodes liet ook hen daarop executeren.

Matteüs-evangelie
In het Nieuwe Testament wordt Herodes genoemd in het Matteüs-evangelie en het Lucas-evangelie, waar zijn naam dient als tijdsaanduiding. In Matteüs krijgt Herodes een rol in het Kerstverhaal. Als hij van de Wijzen uit het Oosten te horen krijgt dat de 'koning der Joden' recentelijk geboren is, raakt hij hevig verontrust. Hij raadpleegt de hogepriesters en schriftgeleerden over de geboorteplaats van de Messias. Als zij Bethlehem aanwijzen, geeft hij de Wijzen de opdracht een onderzoek in te stellen. Zij keren echter niet meer naar Herodes terug, waarop de koning in Bethlehem en omstreken alle jongens van twee jaar en jonger laat vermoorden (zie Onnozele Kinderen). De Heilige Familie, die op de hoogte is van Herodes' bevel, vlucht naar Egypte. Pas na het bericht over Herodes' dood keren Jozef en Maria met Jezus naar het land van Israël terug. Omdat in Judea echter een zoon van Herodes heerst, vestigen zij zich niet in Judea, maar in Galilea.

Memoires
In de Nederlandse moderne literatuur is de figuur van Herodes tot leven gewekt in de roman De memoires van koning Herodes van Abel J. Herzberg. De oude en zieke Herodes dicteert zijn levensverhaal aan zijn secretaris Nicolaüs uit Damascus en probeert daarin zijn nageslacht ervan te overtuigen dat hij meer was dan alleen een bloeddorstige heerser.