Sint-Ildefonsus (ca. 607-667) was een Visigotische geleerde en monnik die de laatste tien jaar van zijn leven aartsbisschop van Toledo was.

Hildefuns werd omstreeks 607 geboren in een voorname Visigotische familie in Toledo (Centraal-Spanje), hoofdstad van het Visigotische koninkrijk. Zijn oom Eugenio gaf hem zijn eerste scholing.

Monnik
Omstreeks 632 wijdde metropoliet Eladio hem tot diaken. Hildefuns zag echter af van een carrière in de kerkelijke hiërarchie en werd monnik in het Agali-klooster buiten de stad. Daar werd hij rond 650 tot abt gekozen.

Bisschop van Toledo
Als abt nam Hildefuns deel aan twee synodes van de kerken op het Iberische schiereiland: het Achtste en Negende Concilie van Toledo. In 657 stierf zijn oom Eugenio, die vanaf 647 metropoliet-aartsbisschop van Toledo was geweest. Hildefuns werd gekozen tot diens opvolger. Hij weigerde het ambt te aanvaarden, maar koning Recceswinth dwong hem de bisschoppelijk zetel in bezit te nemen.

Mariaverschijning
Op 18 december 665 zou aartsbisschop Hildefuns een verschijning van de Moeder Gods hebben gehad. In de kathedraal zou hij Maria uit de hemel, vergezeld door engelen, hebben zien afdalen om op zijn bisschopstroon plaats te nemen. Het verhaal wil dat Zij hem prees om zijn devotie tot Haar en hem een bijzonder kazuifel schonk, die hij voortaan op Mariafeesten moest dragen.

Verering
Hildefuns stierf op 23 januari 667. Zijn lichaam werd begraven in de Sint-Leocadiabasiliek in Toledo, maar werd later overgebracht naar de Sint-Pieterskerk in Zamora.

De dag van de liturgische gedachtenis van Sint-Ildefonsus is 23 januari. Hij is de patroon van onder meer Toledo en Zamora.

Spaanse en Portugese missionarissen brachten de cultus van San Ildefonso naar de Amerika’s en Azië.

Boeken
Van Ildefonsus zijn vier boeken overgeleverd:

  • De virginitate Sanctae Mariae (‘Over de maagdelijkheid van de heilige Maria’)
  • De cognitione baptismi (‘Over de kennis van het doopsel’)
  • De itinere deserti (‘Over de tocht door de woestijn’)
  • De viris illustribus (‘Over beroemde mannen’)