Sint Nicolaas van Tolentino († 1305) was augustijner eremiet. Als boeteprediker bracht hij velen terug tot het geloof. Aan hem worden honderden wonderen toegeschreven. De orde der augustijnen viert zijn feest op 10 september.

Nicolaas van Myra
In Bari bewaart men de relieken van de heilige bisschop Nicolaas van Myra. In 1245 ondernamen twee eenvoudige mensen uit Castel Sant'Angelo een bedevaart naar Bari, want hun huwelijk was kinderloos. Daarom wilden ze bij het graf van Sint Nicolaas God vragen om een kind. In Bari vernamen zij in een droom dat hun bidden was verhoord: het kind moesten ze vernoemen naar de heilige: Nicolaas. Het jaar daarop werd hun een zoon geboren die inderdaad de naam Nicolaas ontving.

Augustijnen
Het kind onderscheidde zich door een zekere harde levenswijze voor zichzelf: driemaal in de week vastte hij op water en brood. Vaak ging hij bidden in de kerk van de augustijnen. Als jongeman hoorde hij een augustijn preken over de woorden: 'Verlies uw hart niet aan de wereld of aan de dingen in de wereld'. Toen trad Nicolaas in het augustijnenklooster van zijn geboortestad in. In 1269 werd hij priester gewijd. Maar in plaats van hem te laten werken in de stad tussen de mensen, werd hij naar de stille kluis van Valmanente gezonden. In die eenzame rust begon Nicolaas zich te wijden aan een bijzondere vorm van naastenliefde. Hij bad voor de zielen in het vagevuur.

Tolentino
In 1275 werd Nicolaas overgeplaatst naar Tolentino (in de Marken, Italië). Hij bezocht er regelmatig zieken en armen die hij ondersteunde met woord en daad. Als predikant wist hij velen te stichten. Men zocht zijn geestelijke leiding. Tijdens een ziekte – zijn sterke geest leefde in een broos lichaam – verschenen hem in een visioen de Heilige Maagd Maria en Sint Augustinus. De Moeder Gods droeg de sterk vermagerde zieke op wat van het brood te eten dat door de mensen als aalmoes was gegeven: dit brood moest hij nuttigen na het in water te hebben gedoopt, dan zou hij genezen. Nicolaas zegende het brood en at ervan. En op hetzelfde ogenblik bemerkte hij dat hij was genezen. Wat van dit brood overbleef, deelde hij aan andere zieken uit, en ook die genazen.

Nicolaasbrood
Al tijdens Nicolaas' leven kwamen talloze mensen naar hem toe om hun brood te laten zegenen. Nog steeds zegenen de augustijnen ieder jaar op 10 september, de feestdag van de heilige Nicolaas, het naar hem genoemde Nicolaasbrood. Toen Nicolaas in 1305 stierf, wisten de inwoners van Tolentino dat een heilige van hen was heengegaan. Vanwege de vele wonderen bleef ook na zijn dood zijn bekendheid groeien. In juni 1446 werd hij door paus Eugenius IV heiligverklaard. Op zijn voorspraak werden besmettelijke ziekten in hun verspreiding gestuit, ook het kostbare vee werd herhaaldelijk van ziekten genezen. Kinderloze ouders zagen zich met een kindje verblijd, zwangere vrouwen werden in haar moeilijke uren op wondere wijze bijgestaan. Zelfs storm en onweer op zee kwamen op voorspraak van de heilige Nicolaas tot bedaren.

Nederland
Vanaf de Middeleeuwen wordt Nicolaas van Tolentijn ook in de Nederlanden vereerd. In Eindhoven begon de devotie tot de heilige Nicolaas in 1890 met de komst van de augustijnen in die stad. In de Paters- of Augustijnenkerk bevindt zich in de Nicolaaskapel een beeld van de heilige en ook in de retabel boven een zijaltaar staat Nicolaas afgebeeld. Bij de portier van het klooster zijn gezegende Nicolaasbroodjes verkrijgbaar. Zie verder: Nicolaas-van-Tolentijn-verering

Auteur van dit lemma:
Dr. Martijn Schrama OSA, verbonden aan het Augustijns Instituut te Eindhoven.

Literatuur:

  • Norbertus Teeuwen OSA - Gustaaf Dekesel, Sint Nicolaas van Tolentino. Een volksheilige in Vlaanderen. Gent, 1946, 140 pp (niet meer verkrijgbaar);
  • Martijn Schrama OSA, De heilige Nicolaas van Tolentijn. Korte levensschets en gebeden. Eindhoven, 1997, 66 pp.;
  • Ivo Kruyver OSA, De heilige Nicolaas van Tolentino. Culemborg, 1946, 152 pp.