Vaticaanstad, 25 oktober 2020 – De paus heeft vandaag aangekondigd dat hij op zaterdag 28 november dertien kardinalen zal creëren. Wederom komt Franciscus met verrassende benoemingen.

door Christian van der Heijden

De meest opmerkelijke benoeming is die van pater Mauro Gambetti. Op 27 oktober viert deze minderbroeder conventueel zijn 55ste verjaardag. Zodra hij bij het aanstaande consistorie uit handen van de paus zijn rode hoed in ontvangst neemt, is hij het jongste lid van het college van kieskardinalen. Opmerkelijk is dat hij (nog) geen bisschop is. Gambetti is de overste (‘gardiaan’ zoals dat in de franciscaanse traditie heet) van het Sacro Convento in Assisi. Dat is het klooster van de minderbroeders conventuelen die het beheer voeren over de Basilica San Francesco in Assisi. In de crypte van deze beroemde bedevaartkerk rusten de resten van de heilige Franciscus van Assisi. De huidige paus was daar onlangs nog. Op 3 oktober ondertekende hij op het altaar bij de graftombe van Il Poverello zijn encycliek Fratelli tutti. Met de benoeming van pater Gambetti zal binnen het kiescollege de franciscaanse spiritualiteit sterker worden vertegenwoordigd.

Wat Italië betreft: opmerkelijk is dat de aartsbisschoppen van Milaan en Venetië – traditioneel zetels die door een kardinaal worden bezet – opnieuw zijn overgeslagen. Nu is, met de benoeming van de 56-jarige Augusto Paolo Lojudice, Siena aan de beurt. Nooit eerder werd een diocesaan bisschop van Siena uitverkoren tot het kardinaalspurper. Wel is ooit een tijdelijke bestuurder van dat oeroude bisdom tot die eer geroepen. Dat was Francesco Todeschini-Piccolomini, die in 1460 kardinaal werd en in 1503 tot paus werd gekozen en de naam Pius III aannam.

Op 12 november bereikt emeritus aartsbisschop Donald Wuerl van Washington de leeftijd van 80. Daarmee vervalt zijn recht op een plaats in een eventueel conclaaf. Paus Franciscus heeft kennelijk gemeend dat het hoofd van de katholieke kerk van de Amerikaanse hoofdstad in het kiescollege thuishoort, want hij kondigde vandaag aan dat hij Wuerls opvolger Wilton Gregory tot het kardinalaat zal verheffen.

De Argentijnse paus heeft ook deze benoemingenronde weer laten blijken dat de katholieken aan de rand van de wereldkerk een stem in het kapittel verdienen. Opmerkelijk is dat hij voornemens is de leider van de katholieke gemeenschap in het sultanaat Brunei kardinaal te maken. Dat is de 69-jarige Cornelis Sim, die vóór zijn priesteropleiding bij Shell werkte als petrochemisch ingenieur. Brunei, een land met nog geen half miljoen inwoners waarvan bijna 80 procent moslim is, heeft geen eigen kerkelijke hiërarchie. De enige katholieke bestuurseenheid mag er niet ‘bisdom’ heten maar ‘apostolisch vicariaat’; dat betekent dat het direct onder Rome valt. Het apostolisch vicariaat Brunei telt nog geen 20.000 katholieken.

Een andere primeur is de benoeming van een Rwandese kerkleider. De 61-jarige moraaltheoloog Antoine Kambanda is sinds 2018 aartsbisschop van Kigali. In 1994 ondervond hij de gevolgen van de genocide in zijn vaderland aan den lijve, Met uitzondering van één broer werd zijn hele familie vermoord.

Na vele jaren trouwe dienst als de vaste predikant van het Pontificaal Huis zal ook pater Raniero Cantalamessa tot het kardinalaat worden verheven. Paus Franciscus zal de 86-jarige Italiaanse kapucijn de scharlakenrode kardinaalshoed op zetten als blijk van persoonlijke waardering voor zijn verdiensten. In eigen land is Cantalamessa een beroemdheid. Zijn meditaties en preken voor televisie worden betrekkelijk goed bekeken.

Ook een kapucijner medebroeder van Cantalamessa zal in dezelfde plechtigheid in de Sint-Pietersbasiliek tot kardinaal worden uitgeroepen. Dat is de Chileen Celestino Aós Braco, aartsbisschop van Santiago. De Kerk van Chili verkeert in grote crisis ten gevolge van het misbruikschandaal en omdat linksradicalen die willen afrekenen met de laatste resten van de Pinochet-dictatuur, de katholieke kerk op de korrel hebben genomen. Onlangs weer werden er tijdens rellen in de hoofdstad twee godshuizen in brand gestoken. Mgr. Aós Braco deed daarop, gekleed in zijn eenvoudige bruine pij, op televisie een emotionele oproep aan de relschoppers om de kerkgebouwen te sparen.

De paus heeft twee curieprelaten benoemd: Mario Grech en Marcello Semeraro. De eerste is secretaris-generaal van de Bisschoppensynode; de tweede is de opvolger van de onlangs ontslagen kardinaal Angelo Becciu als prefect van de Congregatie voor de Heiligverklaringen. Congregaties worden volgens het huidige statuut geleid door een kardinaal-prefect. Ook aan het hoofd van een Pauselijke Raad stond doorgaans altijd een kardinaal. Maar in het pontificaat van Franciscus is dat niet meer vanzelfsprekend. Inmiddels is een aantal Pauselijke Raden gefuseerd in grote dicasteries. Er zijn nog vijf Pauselijke Raden over: die voor Cultuur, voor de Bevordering van de Eenheid der Christenen, voor de Interreligieuze Dialoog, voor de Wetgevende Teksten en voor de Bevordering van de Nieuwe Evangelisatie. De eerste drie hebben een kardinaal als president. Het is een raadsel waarom de paus de presidenten van de andere twee Raden nu niet heeft benoemd. Vooral aartsbisschop Salvatore ‘Rino’ Fisichella, die als president van de raad voor de nieuwe evangelisatie veel profiel gaf aan dit pontificaat, zou er nu na tien jaar trouwe dienst onderhand toch voor in aanmerking moeten komen. Hetzelfde kan ook worden gezegd over aartsbisschop Vincenzo Paglia, de huidige president van de Pauselijke Academie voor het Leven. Van 2012 tot 2016 was hij president van de inmiddels opgeheven Pauselijke Raad voor het Gezin. Paglia is ook geestelijk raadsman van het hoofdbestuur van de Gemeenschap van Sant’Egidio. In het verleden zou iemand als hij al lang tot de porporati (‘gepurperden’) behoren. 

Lijst van nieuwe kardinalen