22-07-2020
In de Sint-Trudokerk in Eindhoven-Strijp is vanochtend de uitvaart gehouden voor de katholieke straatevangelist Arnol Kox, die vorige week op 67-jarige leeftijd overleed aan de gevolgen van leukemie. 

Aan de requiemmis namen in het wit geklede familieleden deel, onder wie zijn weduwe, en andere belangstellenden. Vanwege de coronacrisis kon er echter maar een beperkt aantal mensen tot de kerk worden toegelaten. De regionale omroep Studio040 zond de uitvaart met toestemming van de familie rechtstreeks uit op internet. 

Arnol Kox is begraven op het kerkhof achter de Sint-Trudokerk.

Een van de zussen van de overledene zei tijdens de uitvaartmis zich aanvankelijk te hebben geschaamd voor haar broer. Maar na verloop van tijd kreeg ze respect voor de moed en de vindingrijkheid waarmee hij in het openbaar de Blijde Boodschap verkondigde.

Hoofdcelebrant van de mis was pater John Onoja. De homilie werd gehouden door pastoor René Wilmink. Hij noemde het “ontzagwekkend” dat Kox niet werd gehinderd door “terughoudendheid en angst”. De pastoor zei dat voorbijgangers die bij zichzelf de eerste gêne hadden overwonnen om serieus naar de prediker te luisteren, konden aanvoelen dat Kox over een grote menslievendheid beschikte. Verder prees de parochiepriester hem om “een moedig gedragen ziekbed”. 

Aan het einde van de viering werd een toespraak gehouden door een vriend van de overledene, de lekendominicaan Roy Clermons, geestelijk verzorger in een psychiatrische instelling. Hij zei dat Arnol Kox in 1969 na een ernstig verkeersongeluk dood werd verklaard. “Een laken lag al over zijn lichaam”, zei Clermons. Nadat hij het Heilig Oliesel had ontvangen, vertoonde Kox weer tekenen van leven. “Hij had hersenletsel opgelopen. Daardoor veranderde zijn persoonlijkheid. Hij werd ongeremder.” Volgens de lekendominicaan was het juist die ongeremdheid waardoor hij zich onvoorwaardelijk tot Christus kon bekeren. 

De oproep tot bekering die Kox bijna veertig jaar lang in de Eindhovense binnenstad schreeuwde, leidde bij winkeliers en winkelend publiek vaak tot ergernis. Hij werd soms bespot en uitgescholden, maar telkens bad hij voor degenen die dat deden. Zijn standvastigheid wekte uiteindelijk grote bewondering op bij Eindhovenaren. Dat hij van mensen hield, bleek uit de talrijke reacties op zijn overlijden. Hij werd een “icoon van de stad” genoemd. Een graffitikunstenaar schiep zelfs een reusachtig portret van Kox op het Eindhovense verkeersplein De Berenkuil.